The Financial Markets Academy

Leerdoelen H12 - Investeringsselectie


Dit wordt er van je verwacht nadat je hoofdstuk 12 hebt bestudeerd.
  • Je kan de definitie geven van de volgende begrippen: uitbreidingsinvesteringen, vervangingsinvesteringen, bruto investeringen en netto investeringen
  • Je kan vier geven voorbeelden van materiële activa en vier voorbeelden van immateriële activa
  • Je kan twee voorwaarden geven waaraan voldaan moet zijn om immateriële activa op de balans te mogen opnemen
  • Je kan aangeven wat het voordeel is van het feit dat immateriële activa op de balans kunnen worden opgenomen
  • Je kan uitleggen wat wordt bedoeld met het begrip operational leverage
  • Je kan aangeven wat het verband is tussen de operational leverage en de kostenstructuur van een onderneming
  • Je kan een investeringskasstroomoverzicht opstellen
  • Je kan van een investering de volgende ratio's uitrekenen: terugverdienperiode, netto contante waarde en gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit
  • Je kan de real options methode toepassen bij het bepalen van de netto contante waarde van een investering
  • Je kan uitleggen wat het begrip interne rentevoet of internal yield inhoudt
  • Je kan uitleggen hoe je de interne rentevoet van een investering kan gebruiken om te bepalen of een investering waarde toevoegt of niet
  • Je kan de waarde van een (over te nemen) onderneming bepalen met behulp van de volgende methoden: interne waardemethode, rentabiliteitswaardemethode, dividend discount model, koers-winst verhoudingsmethode en adjusted present value method
  • Je kan uitleggen hoe de real optionsmethode werkt
  • Je kan uitleggen waarom voor ingehouden winst dezelfde criteria moeten worden gebruikt als voor een investering