The Financial Markets Academy

Leerdoelen H6 - Eigen vermogen


Dit wordt er van je verwacht nadat je hoofdstuk 6 hebt bestudeerd.
  • Je kan aangeven waarin aandelenvermogen verschilt van vreemd vermogen
  • Je kan het proces beschrijven waarin eigen vermogen in een vennootschap onder firma wordt overgezet in eigen vermogen in de vorm van beursgenoteerde aandelen
  • Je kan de verschillen beschrijven tussen aandelen en certificaten van aandelen
  • Je kan de verschillen beschrijven tussen gewone aandelen en preferente aandelen
  • Je kan de vier categorieën aandelen op Euronext Amsterdam opsommen
  • Je kan uitleggen wat wordt verstaan onder een participatie
  • Je kan de verschillende redenen beschrijven die ten grondslag kunnen liggen aan een participatie
  • Je kan het belang aangeven voor de onderneming van participatie door bestuurders en werknemers
  • Je kan aangeven wat wordt verstaan onder een marktportefeuille
  • Je kan het verschil beschrijven tussen specifiek risico en algemeen marktrisico
  • Je kan uitleggen waarom beleggers een hoger rendement eisen naarmate de beta van een aandeel hoger is
  • Je kan uitleggen wat een beta hoger dan 1 betekent voor het risico van een aandeel
  • Je kan uitleggen wat het verband is tussen de beta en algemeen marktrisico en tussen de beta en specifiek risico
  • Je kan bij een gegeven risicoloze rentevoet, gewenst redement op de marktportefeuille en beta van een aandeel berekenen wat de rendementseis is van beleggers voor dat aandeel
  • Je kan bij een gegeven rendement op een risicoloze belegging en een gegeven gewenst rendement op een marktportefeuille een security market line tekenen
  • Je kan uitleggen wat voor alle combinaties van beta en rendement die op een security market line liggen geldt
  • Je kan uitleggen hoe de rendementseis van aandeelhouders kan worden berekend met behulp van de build up-methode
  • Je kent de definite van de pay-out ratio en kan het belang aangeven van de pay-our ratio voor de onderneming en voor beleggers